Al de keramiek die ik maak, maak ik met de hand. De voorbereiding van de klei, de klei draaien op het wiel, het afdraaien van de stukken.
Wanneer de objecten de vorm hebben die ik voor ogen had, gaan ze nog meerdere malen door mijn handen en zelfs twee keer in de keramiekoven. De eerste keer, tijdens de biscuitbak, zal alles gebakken worden tot ongeveer 980°C. Wanneer ze na ongeveer 24u afgekoeld zijn, zijn ze klaar om geschuurd, gesponsd en geglazuurd te worden. Daarna volgt de tweede bakbeurt. Deze gaat tot 1250°C. Omdat de temperatuur zo hoog gaat, "sintert" de klei dicht.
Dit maakt alles wat ik maak, vaatwasserbestendig.
Het hele proces, om van een bol klei naar een afgewerkt gebruiksobject te gaan, heeft veel liefde, tijd en geduld nodig. Dat is net wat ik zo fijn vind aan het maken van keramiek. Je kan geen shortcuts nemen. De klei laat zich niet forceren en bovendien kan ik me nog dagelijks laten verrassen door wat er uiteindelijk uit de oven komt. Elk object heeft, door de vele handelingen, een verhaal in zich, een veranderingsproces, dat door klei, water en tenslotte vuur, zijn eigen metamorfose ondergaat. Dit maakt elk stuk compleet uniek en bezield.
Wil je graag iets bestellen? Neem een kijkje in mijn shop
























